
Samenvatting:
Deel 1: 1976-1978
Mona is negen wanneer haar moeder Agnes verongelukt. Haar vader is alleen maar bezig met zijn werk en Mona moet voor haar drie jaar jongere broertje Alexander zorgen. Het huishouden wordt, zonder dat Mona's vader dat erg leuk vindt, overgenomen door de familie van Agnes, die ook al haar spullen en herinneringen weghaalt. Mona vindt het moeilijk dat haar moeder, die toch al vaak streng tegen haar was, er niet meer is, vooral omdat ze nu minder aandacht krijgt en niet kan opschieten met haar broertje. Maar ze wil wel graag flink zijn voor haar vader en hem gelukkig maken.
Nog maar een half jaar na Agnes' dood heeft hij een vriendin, Marie: Mona kan goed met haar overweg (al vindt ze het een beetje raar wanneer ze hen betrapt tijdens de seks) maar Agnes' moeder vindt het helemaal niet leuk. Marie en Mona's vader trouwen een jaar na Agnes' dood en Mona en haar broertje moeten Marie nu mama noemen. Dat vindt Mona moeilijk, en voor Marie is het lastig om te wennen aan haar nieuwe leven. Ze ruziet vaak met Mona's vader en raakt van streek als Mona haar niet vertelt dat ze onterecht strafwerk heeft gekregen.
Mona besluit dat ze het Marie naar de zin wil maken en een tijdje gaat dat goed. Tot Mona Marie op een nacht bespiedt tijdens een eetbui en als Marie haar aanwezigheid ontdekt, slaat ze Mona.
Op Mona's elfde verjaardag kondigen haar vader en Marie aan dat ze een kindje verwachten. Drie weken te vroeg wordt het geboren: een meisje, Anne-Sophie. Mona zorgt veel voor haar, maar Marie vindt dat vervelend en Mona hoort haar praten over dat ze niet gelukkig is, dat ze van de kinderen en haar man af wil. Kort daarna gaat ze met Anne-Sophie naar haar ouders toe. Mona voelt zich verantwoordelijk: ze ziet dat haar vader ongelukkig is en gaat naar het huis van Maries ouders. Ze vraagt Marie om terug te komen en drukt dan Maries sigaret op haar arm uit, als straf voor zichzelf omdat ze Marie niet goed genoeg denkt te hebben behandeld.
Deel 2: 1991
Mona is inmiddels 24 en werkt als dramaturg (theatercriticus) bij het toneelgezelschap van de beroemde regisseur Marcus. Haar 21-jarige broer Alexander heeft een elf jaar oudere vriendin, Charlie, die in verwachting is: hij stopt met zijn studie medicijnen om zich te wijden aan het gezinsleven. Zijn vader en Marie zijn daar niet blij mee.
Mona krijgt een relatie met schrijver Louis, maar is er niet zeker van of hij echt om haar geeft. Als ze met elkaar naar bed gaan, komt zij niet klaar en daarna zien ze elkaar steeds minder omdat Louis zijn sociale leven belangrijker vindt. Mona is boos op zichzelf dat ze over zich heen laat lopen maar blijft toch steeds naar hem teruggaan. Intussen laat ze zich meeslepen door haar baas Marcus, die haar probeert over te halen cocaïne te gebruiken en met hem te vrijen.
Het kindje van Alexander en Charlie wordt geboren: een jongetje, Marvin. Anne-Sophie heeft het moeilijk, maar praat nergens over.
Deel 3: 2002
Mona's leven draait inmiddels bijna volledig om haar vader, die met darmkanker in het ziekenhuis ligt. Hij ondergaat zware behandelingen en het is onzeker of ze wel werken. Op zijn verzoek ontdekt Mona brieven van een andere vrouw in zijn werkkamer.
Mona is nog steeds samen met Louis, met wie ze steeds vaker ruzie krijgt omdat hij zoveel werkt en haar zo weinig aandacht geeft. Ook is Marcus nog steeds verslaafd en daar lijdt Mona onder: hij is tijdens het werk niet te genieten en geeft haar geen credit voor wat ze doet.
Wanneer haar vader zieker wordt, licht Mona Anne-Sophie in, die al jarenlang door Amerika reist. Haar vader vertelt haar over de vrouw die hem de brieven schreef: ze heette Johanna en hij had een affaire met haar toen hij ongeveer vijf jaar met Marie getrouwd was. Hij maakte er een eind aan omdat hij vond dat hij bij Marie moest blijven. Zonder dat iemand ervan af weet, brengt Mona hem naar Johanna toe zodat ze elkaar nog eens kunnen zien.
Mona's vader vertelt haar dat haar moeder zo'n hard karakter had omdat ze door haar vader werd mishandeld en verwaarloosd. Agnes raakte ongepland zwanger van Mona en trouwde met Mona's vader omdat dat de enige optie was, niet omdat ze zo verliefd op hem was.
Mona regelt dat Johanna naar het ziekenhuis komt om haar vader te bezoeken wanneer het slechter met hem gaat. Marie betrapt hen en vertelt Mona dat ze al langer vermoedde dat hij een affaire had. Anne-Sophie komt, maar weigert te praten over wat er destijds voor heeft gezorgd dat ze vertrok. Marcus' productie is volgens Mona niet goed, maar hij negeert haar kritiek en krijgt veel negatieve reacties na de première. Hij ontslaat haar omdat ze volgens hem haar werk niet goed heeft gedaan.
Mona's vader vraagt haar om te regelen dat hij euthanasie mag plegen. Nadat hij het slaapmiddel heeft gekregen, is zij degene die 's nachts bij hem waakt. Tijdens die wake overlijdt hij en dan realiseert Mona zich dat ze al haar hele leven is en doet wat anderen van haar verwachten. Ze maakt het uit met Louis en besluit dat het eindelijk tijd is om zichzelf te zijn.
Titelverklaring:
Kom hier dat ik u kus is Vlaams: in het Nederlands zouden we zeggen: kom hier, ik wil je kussen (in het Vlaams wordt iedereen u genoemd). De titel komt pas laat in het verhaal terug: Louis zegt het tegen Mona nadat ze ruzie hebben gemaakt en hij haar wil tonen dat hij van haar houdt. Mona heeft deze zin echter al veel vaker gehoord: misschien niet met zoveel woorden, maar het is wel kenmerkend voor de relaties die ze heeft of heeft gehad met de mensen om haar heen. Kom hier dat ik u kus betekent dat Mona altijd gehoorzaam is geweest, mensen altijd gelukkig heeft proberen te maken en zich ook altijd weer heeft laten vermurwen tot iets, bijvoorbeeld tot goedmaker als ze boos was.
Schrijver:
Griet op de Beeck is een vlaamse schrijfster die geboren is op 22 augustus 1972 in Turnhout. Ze heeft van 1994 tot 2004 gewerkt als dramaturg en als artistiek leider van het Toneelhuis. Hierna vertrok ze naar Duitsland en werd journaliste. In 2013 publiceerde zij haar eerste boek Vele hemels boven de zevende. Later in 2014 schreef ze het boek Kom hier dat ik u kus.
Schrijfstijl:
De schrijfstijl van Griet op de Beeck is het beste te omschrijven als typisch Vlaams. Het duurde eventjes voor ik als lezer doorhad dat het om een Belgisch boek ging, want in sommige hoofdstukken is het taalgebruik gewon doorsnee Nederlands, maar er zijn ook veel momenten, vooral in de dialogen, dat er typisch Vlaamse uitdrukkingen worden gebruikt. Zo is de zinsbouw af en toe een beetje anders dan in het Nederlands en wordt er alleen maar gij en u gebruikt in plaats van jij en je. Afgezien hiervan leest het boek prettig: het is erg vlot geschreven, als een soort dagboek. Er wordt veel gebruik gemaakt van dialogen en gebeurtenissen: weinig beschrijvingen of details, waardoor het lekker weg leest. De hoofdstukken zijn over het algemeen kort en je blijft steeds benieuwd naar wat er gaat komen doordat de schrijfster de informatie doseert over de hoofdstukken: niet alles wordt in één keer verteld.
Recensies:
-Dizzie.nl
Kom hier dat ik u kus is een roman over Mona, als kind, als vierentwintigjarige, en als vijfendertigjarige. Een verhaal over waarom we worden wie we zijn, geschreven met humor, scherpte en veel schaamteloze eerlijkheid. Over ouders en kinderen. Over kapotte mensen en hoe zij ongewild anderen ook kapotmaken. Over waar verantwoordelijkheid eindigt en schuld begint. Over geheimen en eenzaamheid. Over ziekte en zwijgen. Over de gevaren van sterk zijn. Over vergeten en niet kunnen vergeten. Over jezelf durven redden. En natuurlijk ook nog over de liefde. Omdat dat alles is wat we hebben, of toch bijna. Over Vele hemels boven de zevende (2013): `Op de Beeck heeft een betoverende tekst geschreven: een tekst als een Spinvisliedje, waarin flarden van mensenlevens zo gerangschikt zijn dat het bij de toehoorder een vleugje heimwee oproept, en schrijnt. de Volkskrant ***** `Een weergaloos boek. de Standaard `Een wondermooi debuut. HP/de Tijd Over Vele hemels boven de zevende (2013): `Een warm boek dat twee keer zo lang had mogen zijn. NRC Handelsblad `Fictie van de bovenste plank. Een psychologisch eerlijke roman over hoe mensen aanmodderen en hun eigen weg zoeken. De Morgen **** `Op de Beeck weet heel dicht op de huid van haar personages te zitten, hun ellende en kracht gaan dwars door je ziel. De personages zijn zó levensecht dat het boek zich vanzelf laat lezen. Trouw `Een debuutroman waarin de ene zin nog mooier is dan de andere. Elsevier `Een boek over ons gestuntel en onze pogingen om niet alleen te zijn: zo superieur geschreven, zo teder en kwetsbaar en bijwijlen ook zo geestig dat je hart ervan breekt en opspringt tegelijk. Peter Verhelst Op de Beeck is een scherp observator () In het slim opgebouwde Vele hemels boven de zevende bespeelt zij verscheidene registers tegelijk. Vrij Nederland `Op de Beeck geeft de eenzaamheid een montere literaire stem. Of het nu om overspel gaat of de hel van het internetdaten, ze weigert vanuit een diep begrip van het al te menselijke te veroordelen. En schrijft daar schijnbaar luchtig over. Bovendien slaagt ze in de voor debutanten hachelijke keuze voor de ik-vorm. Dat zie ik niet vaak, in mijn doorgaans neerdrukkende praktijk. In de gaten houden dus, die getalenteerde Griet. Jeroen Vullings Griet op de Beeck (1973) was tien jaar lang dramaturg in het theater. Daarna ging ze schrijven voor humo en De Morgen. Voor haar debuutroman Vele hemels boven de zevende ontving ze De Bronzen Uil Publieksprijs 2013 en het boek werd genomineerd voor de ako Literatuurprijs 2013 en de Academica Literatuurprijs 2014. Dit debuut wordt binnenkort verfilmd door Jan Matthys, voor wie Op de Beeck het scenario ontwikkelt. Naar haar tweede roman wordt al sinds het verschijnen van Vele hemels boven de zevende reikhalzend uitgekeken.
-Recensieweb.nl
Drie woorden heeft Op de Beeck maar nodig om haar hoofdpersoon een gezicht te geven. ‘Lief van hem,’ denkt dramaturge Mona over de man die haar ogenblikken eerder nog zo kwaad maakte dat ze theatraal een toetsenbord kapot wilde slaan. Maar dat laat ze na, want dat doen mensen alleen in films en series. In het echt kan ze niet boos zijn op theaterregisseur Marcus Meereman, zelfs niet als die haar net heeft opgezadeld met de onmogelijke opdracht nog iets te maken van een toneelstuk dat aan alle kanten rammelt. Maar lief van hem dat hij toch nog vraagt naar haar doodzieke vader.
Het is Mona ten voeten uit: het meisje dat koste wat kost in de smaak wil vallen bij de sterke, overheersende, maar ook volstrekt egocentrische mannen tegen wie ze opkijkt. Marcus dus, maar vooral Louis, die er niet uitziet en niet lekker vrijt, maar wel een bekende schrijver is. Dus blijft ze jaren hangen bij deze man, die haar keer op keer teleurstelt.
Hang naar aandacht en erkenning
Mona, die als kind door haar barse moeder in de kelder werd opgesloten als er iets niet deugde, en dat was nogal snel, want die moeder was streng. Gevolg: Mona groeit op als een meisje dat zichzelf altijd wegcijfert, in haar hang naar aandacht en erkenning.
Dat is dan mooi samengebald in dat ‘Lief van hem’. Je weet meteen wie Mona is. Maar: dat gebeurt op bladzijde 252, in het derde en laatste deel van Kom hier dat ik u kus. Mona heeft dan al bijna een half leven achter de rug en de lezer driekwart van de roman. Eigenlijk kennen we Mona dan al lang, ten voeten uit, 250 bladzijden lang.
De man naar wiens aandacht ze het meest hunkert is haar vader Vincent. Hij laat zijn dochter over aan de grillen van die enge moeder en haalt na haar dood zonder blikken of blozen een stiefmoeder in huis die in eenzelvigheid voor al die mannen niet onder doet. Maar tandarts Vincent is altijd gaatjes aan het uitboren in zijn praktijkruimte. Als hij zich voorneemt dan maar eens voor zijn dochter op te komen, laat hij het glansrijk afweten. Ook dan zien we weer typisch Mona-gedrag: ze slikt haar teleurstelling weg als papa haar meeneemt naar de frituur.
‘We lopen verder door de regen en ik wou dat het altijd zo zou blijven. Dat we zouden doorstappen tot het einde van de wereld, door alle landen, zonder ooit moe te worden, zonder ooit nog te moeten slapen of iets anders te eten dan frietjes of naar school gaan of werken of ooit nog opstellen over eten te moeten schrijven. Alleen maar altijd doorgaan. Papa en ik.’
Een goedmakertje als ultiem geluksmoment. Mooie scènes genoeg, en scherpe dialogen tovert voormalig dramaturge Op de Beeck ook moeiteloos uit haar mouw. Maar Mona leren we zo snel kennen dat we al even snel op haar uitgekeken raken, ook omdat ze braaf alle symptomen vertoont van een meisje dat – zachtjes gezegd – in haar jeugd nogal tekort is gekomen: goedmaakgedrag, een minderwaardigheids- en vadercomplex, tot zelfverminking aan toe.
Karakters zonder eigen stem
Dan helpt het ook niet als de andere personages slechts toonbeelden zijn van slechte eigenschappen: stiefmoeder Marie (volstrekt egocentrisme), vriend Louis (idem) en Marcus (idem). Een van de weinige sympathieke karakters is Charlie, maar die speelt als vriendin van broer Alexander (het spreekwoordelijke lieverdje tegen wie Mona nogal afsteekt) haar rolletje van luis in de pels van de familie wel weer met erg veel nadruk.
Al die personages zien we door de ogen van Mona. Kom hier dat ik u kus was er zeker mee geholpen geweest als die karakters een eigen stem hadden gekregen. In haar debuut Vele hemels boven de zevende leverde deze aanpak een veelkleurig portret op van een familie en haar omgeving. Had Op de Beeck ook haar tweede roman deze vorm gegeven, dan was ze nog meer in herhaling vervallen, maar had ze vast een betere opvolger geschreven.
‘Ik wou dat op een dag, gewoon opeens, alle angst op was, zoals het warme water als ik heel lang heb gedoucht, maar dan overal en voor iedereen.’ Pas als Mona langzamerhand door begint te krijgen dat ze het zelf is die haar angst op moet maken, veert de lezer weer op. Dan pas laat ze zich van een kant zien die we nog niet van haar kennen, dan pas begint ze boven zichzelf uit te stijgen, en het boek waarin ze de hoofdrol speelt ook. Pas op de helft van haar leven en tegen het eind van het boek, dat dan weer wel.
Eigen recensie:
Een erg tragisch boek met personages waarin je je kunt inleven. Een vrij zielig verhaal dat je echt doet meeleven. Het onderwerp echtscheiding is behoorlijk groot in Nederland en daardoor heeft het boek ook een groot publiek proberen aan te trekken. Het feit dat Mona vaak kiest voor dat wat anderen van je willen is iets wat ik niet kan laten en daardoor moet ik ook verder lezen om de gevolgen hiervan te kunnen zien. En aan het eind van het boek kom je dan toch erachter dat al die mensen ook weer niet aan haar denken terwijl zij hen altijd voor zichzelf zet. Erg verdrietig en enorm mooi.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten